Daling Europese veestapel zet door

Ten opzichte van 2023 daalde het aantal varkens in 2024 met 0,5 procent, runderen met 2,8 procent, schapen met 1,7 procent en geiten met 1,6 procent. De trend wordt beter zichtbaar als het aantal dieren in de Europese veehouderij wordt vergeleken met 2014. Ten opzichte van tien jaar geleden nam het aantal varkens met 8,1 procent af, runderen met 8,7 procent, schapen met 9,4 procent en geiten met 16,3 procent.

In de afgelopen tien jaar daalde het aantal veehouderijdieren in de EU met ongeveer 10 procent. In 2024 valt op dat de daling het grootst is bij de runderen. Het aantal runderen in Nederland nam afgelopen jaar ook af, met 4,7 procent. Dat is meer dan het Europees gemiddelde. In 2024 waren er volgens Eurostat in Nederland nog afgerond 3,56 miljoen runderen. In 2023 waren dat er 3,74 miljoen.

Van alle EU-lidstaten werden vorig jaar de meeste runderen gehouden in Frankrijk (16,5 miljoen), gevolgd door Duitsland (10,5 miljoen), Ierland (6,3 miljoen) en Polen (6,2 miljoen). Nederland staat op de zevende plaats.

Het aantal Nederlandse varkens nam in 2024 af met 1,8 procent, volgens de gegevens van Eurostat. Dat aantal daalde van afgerond 10,4 miljoen in 2023 naar 10,2 miljoen. De meeste varkens werden vorig jaar gehouden in Spanje (34,6 miljoen). Het aantal varkens nam daar weer toe. Na Spanje volgen Duitsland (21,3 miljoen), Frankrijk (11,7 miljoen) en Denemarken (11,6 miljoen).

Minder schapen door blauwtong

Het aantal schapen in Nederland nam afgelopen jaar af met 8,7 procent. Dit heeft onder meer te maken met het blauwtongvirus. In 2023 waren er in Nederland nog 665.000 schapen, in 2024 waren dat er 607.000. Spanje had ook de meeste schapen (13,5 miljoen), gevolgd door Roemenië (10,4 miljoen) en Griekenland (7,8 miljoen).

Het aantal geiten in Nederland daalde in 2024 met 2,5 procent naar 552.000. Een jaar eerder ging het nog om 566.000. Griekenland had had de meeste geiten (2,6 miljoen), gevolgd door Spanje (2,4 miljoen) en Roemenië (1,4 miljoen).