GD: dit jaar al vroeg sterfte door rode lebmaagworm

Bij het pathalogisch onderzoek zagen de GD-medewerkers witte slijmvliezen en oedeem tussen de kaaktakken. Meestal wordt haemonchose later in het jaar gesignaleerd. GD verwacht dat de hoge temperaturen in het voorjaar zorgden voor een snelle ontwikkeling van de larven op het land.

In combinatie met vocht, zoals regen of dauw, bevordert dit de verspreiding van larven uit de mest naar omliggend gras. Haemonchose wordt veroorzaakt door infectie met de rode lebmaagworm (Haemonchus contortus).

Waarschuwing

GD waarschuwt houders alert te zijn op de aandoening en tijdig preventieve maatregelen te nemen, zoals het regelmatig omweiden naar schone percelen binnen veertien dagen. Ook adviseert de organisatie vaak te controleren op algemene gezondheidskenmerken, de kleur van de slijmvliezen en oedeem tussen de kaaktakken.

Regelmatig mestonderzoek geeft inzicht in de mate van besmetting. Om resistentieontwikkeling te voorkomen kun je dieren het beste ontwormen als daar ook aanleiding voor is. Verder raadt GD aan om lammeren gecontroleerd bloot te stellen aan Haemonchus contortus, zodat ze een goede weerstand kunnen opbouwen.