Vitalvé neemt bloedmonsters bij geiten rond aflammeren

Is transitiemanagement een issue?

'Natuurlijk weten veel geitenhouders dat de periode rond het aflammeren kritiek is. Bij geiten heb je een aflammerpiek. Als je al voor het aflammeren weet hoe het ervoor staat met bijvoorbeeld de energiebalans en de opname, dan is tijdig bij te sturen.'

Omdat we fundamentele cijfers van bloedwaarden hebben, kunnen we het rantsoen nog beter optimaliseren

Nard van den Berg, mede-eigenaar Vitalvé

Is hier veel over bekend?

'Eigenlijk niet, zeker niet wanneer je dit vergelijkt met de melkveehouderij. Dat was voor ons reden om samen met de dierenarts bloedmonsters te nemen op verschillende momenten rond het aflammeren. Van die monsters zijn albumine, calcium en aspartate-aminotransferase gemeten.

'Daarnaast is in de geitenmelk de betahydroxyboterzuurwaarde gemeten en zijn de prestaties van de geiten vastgelegd. Dit geeft veel inzicht in de stofwisseling en de gezondheid van geiten in de transitiefase en de periode na aflammeren.'

Waarom zijn die data zo belangrijk?

'Omdat we fundamentele cijfers hebben, kunnen we het rantsoen nog beter optimaliseren. Dit onderzoek geeft ons daar verhelderende inzichten in. De streefwaarden liggen bij geiten in de transitieperiode bijvoorbeeld anders dan bij lacterende geiten.

'Iemand kan wel stellen een goed rantsoen hebben, maar door cijfers te meten, is dit bij te sturen. Denk daarbij aan de energievoorziening, de energiebronnen, de eiwitvoorziening en de calciumbeschikbaarheid.'

Wat betekent dit in de praktijk?

'De situatie wisselt van bedrijf tot bedrijf. We willen de resultaten vooral inzetten bij bedrijven waar de periode na aflammeren minder goed verloopt. Om een goed beeld te krijgen van een koppel geiten, zijn tien bloedmonsters nodig van de hoogdrachtige geiten om zo een inzicht te krijgen van het voermanagement op koppelniveau.

'Zit een geit bijvoorbeeld in een negatieve energiebalans, dan zal ze meer betahydroxyboterzuur produceren. Dit is een afbraakproduct van vetten. Wij adviseren daarom sowieso voor verse geiten een rantsoen dat sterk is gestuurd op glycogene energie om die negatieve energiebalans te voorkomen.

'Daarnaast zorgt extra opneembaar calcium ervoor dat de geiten na het lammen beter opschonen en vitaal aan hun lactatie beginnen.'