Energiegebruik glastuinbouw blijft stijgen, maar onder niveau van voor 2022

Het energiegebruik en de CO2-emissie van de glastuinbouw namen vorig jaar met 2,6 procent toe ten opzichte van 2023. Dit heeft te maken met het 'terugveerveffect': na matiging van de energieprijzen vanaf het voorjaar van 2023, herpakte de glastuinbouw zich en werd extensivering (minder verwarmen en belichten met een lagere productie) grotendeels teruggedraaid. Dit was een reactie op de zeer hoge energieprijzen in de turbulente periode tussen medio 2021 en begin 2023.

Dat het energiegebruik en de CO2-emissie niet uitkwamen op de niveaus van voor 2022, kwam doordat veel bedrijven energiebesparende maatregelen bleven inzetten en dus selectief waren met hun inzet van energie. Het onderzoeksrapport is opgesteld door Wageningen Social & Economic Research, in opdracht van de Stichting Kennis in je Kas van de glastuinbouwsector en met subsidie van het ministerie van LVVN.

Het totale energiegebruik van de glastuinbouw van bijna 95 petajoule lag in 2024 boven dat van 2023 (+2,6 procent). Per saldo was het effect een toename van het energiegebruik per vierkante meter (+3,5 procent). Door selectieve inzet van energie lag het nog onder het niveau van 1 gigajoule per vierkante meter, waar het in 2022 voor het eerst onder kwam.

De totale CO2-emissie van de glastuinbouw nam in 2024 toe naar 5,2 megaton (+0,1 megaton). Wel lag deze hiermee nog onder de niveaus van voor 2022. De emissie van de teelt per vierkante meter was in 2024 bijna 37 kilo CO2 per vierkante meter, een stijging van 2 kilo ten opzichte van 2023. Ook deze toenames kwamen hoofdzakelijk door (restanten) van terugveereffecten na de turbulente periode met hoge energieprijzen.

Voor de stijging van de CO2-emissie in 2024 zijn verschillende oorzaken. Er waren factoren die de CO2-emissie dempten (-0,2 megaton) en factoren die deze deden stijgen (+0,3 megaton). Per saldo was de stijging in 2024 van 0,1 megaton (+2,4 procent) kleiner dan die in 2023 (0,2 megaton, +5 procent).

Duurzame warmte

De toepassing van duurzame energie nam vooral toe door meer inkoop van duurzame warmte van derden en meer gebruik van aardwarmte (+10 procent). Door meer eigen toepassing van elektriciteit geproduceerd met aardgas-wkk en minder gunstige verkoopmomenten, daalde de verkoop van elektriciteit met 3 procent.

Het glastuinbouwareaal in de Landbouwtelling van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) nam in 2024 iets af, met 1 procent. En de inkoop van niet-duurzame warmte van derden (zonder CO2-emissie voor de glastuinbouw) nam iets toe, met 6 procent. Samen hadden deze factoren een dempend effect op de CO2-emissie van bijna 0,2 megaton.

De genoemde 'terugveereffecten' deden het energiegebruik stijgen, maar dat werd ook weer gedempt door de maatregelen voor selectief energiegebruik (energiebesparing). De inkoop van elektriciteit nam af, enerzijds doordat steeds vaker efficiënter ledlicht wordt gebruikt ter vervanging van hogedruknatriumlampen. Anderzijds wordt elektriciteit geproduceerd met wkk vaker toegepast door de opwekkers zelf. Samen hadden deze twee factoren een stuwend effect van 0,3 megaton.