Belgen slaan massaal Nederlands pootgoed in

In maart is 50.000 ton Nederlands pootgoed naar België geëxporteerd. Vorige maand kwam daar nog eens bijna 60.000 ton bij. Het zijn ongekende hoeveelheden die in korte tijd bij Belgische aardappeltelers zijn afgeleverd. De totale afzet naar de zuiderburen loopt daarmee dit seizoen al op tot 131.243 ton, blijkt uit de cijfers. Daarmee is deze afzet al ruim 10.000 ton groter dan in recordjaar 2022-2023.

Vorig jaar werd nog een stapje terug gedaan door een gebrek aan pootaardappelen in Nederland. Dit seizoen was het uitgangsmateriaal na oogst 2024 ruimschoots aanwezig en kon goed worden voorzien in de vraag uit België. Zo kon Nederland profiteren van een toenemende behoefte aan vers uitgangsmateriaal nu de aardappelteelt er toeneemt als gevolg van de sterke uitbreiding van de verwerkende industrie.

Ook Duitsland is flink aan de markt

Ook in Duitsland is de behoefte aan pootgoed zo groot dat de Nederlandse export naar dat land ook de 100.000 ton is gepasseerd. Recordniveaus zijn daar nog niet gehaald, maar met een dergelijke hoeveelheid telt Duitsland toch flink mee in de Nederlandse pootgoedexport. In maart kochten de Duitsers een kleine 40.000 ton. Vorige maand kwam daar nog eens 47.000 ton bij.

Onder invloed van de grote vraag uit België en Duitsland liep de totale afzet binnen de Europese Unie (EU) vorige maand op tot 135.000 ton. Daarmee stijgt de totale export naar EU-lidstaten al richting de 500.000 ton. Ook in de jaren dat het Verenigd Koninkrijk tot de EU behoorde, werd dit niveau niet bereikt.

De tussenstand in de totale pootgoedexport is eind vorige maand toegenomen tot 818.000 ton. Daarmee is de export nog net iets groter dan in 2022-2023, toen eind april voor het eerst de grens van 800.000 ton werd gepasseerd.