‘Nieuwe situatie vraagt anders denken’

De laatste dertig jaar was groeien een kwestie van melkquotum aankopen en zorgen voor meer melk. Dat er na de melkquotumperiode andere regelgeving zou komen om de groei te remmen, had Brouwers wel verwacht. Ook andere diersectoren zijn immers gebonden qua groei.
Wel vindt hij het jammer dat het ministerie bij de melkveewet ook grondgebondenheid heeft bedongen. ‘Het is voor veel bedrijven, onder meer in Zuid-Nederland, lastig om extra grond te verwerven en deze aan te melden in de Gecombineerde opgave. Zeker voor ondernemers die pas gebouwd hebben of nog willen gaan bouwen. Zij moeten groeien in grond om de stal vol te krijgen.’
Hoewel hij zelf in het minder veedichte gebied Zeeland zit, verwacht Brouwers dat het aankopen van grond in zijn regio ook lastig is. ‘Bij deze goede grond staan akkerbouwers ook in de rij voor aankoop. Dat verhoogt de vraag naar grond.’
Hij ziet daarom meer in het afzetten van mest in de omgeving, met de terugkoop van gewas. ‘Zo’n soort regionale kringloop zou voor de fosfaattoeslag ook onder de hectaren moeten vallen. Dat kan ook elders in Nederland soelaas bieden.’
Zelf hoeft Brouwers voorlopig nog geen actie te ondernemen. Hij streek in 2008 in Ossenisse neer, waar hij een nieuwe stal neerzette. Dit bedrijf kwam snel vol, met nu 175 melkkoeien en relatief veel jongvee.
Hij gaat ervan uit dat dit voldoende toekomstperspectief biedt. Met behulp van BEX en het verbeteren van de balans tussen melkvee en jongvee verwacht Brouwers dat hij 200 koeien kan houden. ‘Maar dat aantal heb ik vooralsnog niet nodig’.

Leergeld

Als zich eventueel over enkele jaren een opvolger aandient, kijkt hij verder. ‘Wellicht moeten we dan jongvee uitbesteden of grond aankopen. Hopelijk is dan wat meer duidelijk over de gevolgen van een beslissing. Vooralsnog moet de hele sector van de nieuwe situatie leren. Dat zal voor sommige ondernemers ook leergeld kosten. Daarom ben ik blij dat ik de kat uit de boom kan kijken.’